Afstoting werk van levende kunstenaar

Musea zijn genoodzaakt om overvolle depots op te schonen en om objecten te herbestemmen of afstoten. De vraag is of musea bij afstoting rekening moeten houden met de belangen van de levende kunstenaar?

Right of first refusal

Uit het advies van de Ethische Codecommissie blijkt van wel. Als herplaatsing in een ander museum niet mogelijk is, heeft de kunstenaar in beginsel het right of first refusal, ofwel een voorkeursrecht.

Casus

Een museum biedt een werk te koop aan van een nog levende en actieve kunstenaar. Hij wordt hierover niet ingelicht, maar ontdekt het bericht op internet. Niet alleen vindt hij de vraagprijs veel te laag, ook acht hij deze werkwijze schadelijk voor zijn reputatie en marktpositie.

Algemeen belang voor de verdere ontwikkeling van de LAMO

De Ethische Codecommissie voor Musea achtte de vraagstelling uit deze casus van dusdanig algemeen belang voor de verdere ontwikkeling van de LAMO dat zij besloot uit eigen beweging tot een advies te komen. De Commissie ging niet in op de specifieke casus maar bekeek in het algemeen of, en zo ja in welke mate, musea bij afstoting van kunstwerken rekening dienen te houden met de belangen van de levende kunstenaar.

Uitkomst onderzoek 

De Commissie heeft onderzocht of in de Ethische Code en de LAMO-voorschriften te vinden zijn waaraan de handelwijze van musea bij het afstoten van werk van levende kunstenaars kan worden getoetst. Daarnaast is gekeken of dergelijke voorschriften te vinden zijn in de CIMAM Principles of Deaccession. Uit de LAMO kwam alleen naar voren dat rekening gehouden dient te worden met de belangen van de levende kunstenaar, maar bevat geen bepalingen toegespitst op dit soort type afstoting. De CIMAM Principles schrijven voor dat een werk van een levende kunstenaar alleen mag worden verkocht om het te kunnen vervangen door een ‘superior work’ van dezelfde kunstenaar. Bovendien moet de kunstenaar met verkoop instemmen.

Advies 

Uitgaande van de LAMO dient herplaatsing in een ander museum het uitgangspunt te zijn. Blijkt dat onmogelijk, dan moet het museum het werk aan de kunstenaar te koop aanbieden, tenzij andere belanghebbenden (zoals bijvoorbeeld een schenker van het werk) zich daartegen verzetten. De prijs waartegen het werk aan de kunstenaar moet worden aangeboden is in de regel de marktwaarde of een nader tussen het museum en de kunstenaar overeengekomen bedrag. Als dit niet leidt tot overdracht van het werk aan de kunstenaar, kan het museum overgaan tot andere vormen van afstoting overeenkomstig de LAMO. De kunstenaar dient in alle stadia van het proces door het museum op de hoogte te worden gehouden. 

De eisen van de CIMAM Principles acht de Commissie te streng, omdat zij het museum in te hoge mate afhankelijk maken van de goedkeuring van de kunstenaar. De Commissie beveelt aan om bij een volgende herziening van de LAMO nadere zorgvuldigheidseisen te formuleren voor het afstoten van werken van nog levende kunstenaars.

Download hier het advies (pdf)